Een literatuuronderzoek naar het concept regeldruk en de aanpak ervan in het Nederlandse primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs
Een literatuuronderzoek naar het concept regeldruk en de aanpak ervan in het Nederlandse primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs
In deze studie onderzoekt Marlies Blesgraaf de aanpak van regeldruk, vooral van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Regeldruk is al decennialang een probleem waarmee zowel de overheid als schoolbestuurders, schoolleiders en leraren worstelen. Het abstracte begrip regeldruk verwijst in het dagelijks spraakgebruik globaal naar de omvangrijke regelgeving en het grote aantal administratieve verplichtingen die daaruit volgen.
Er zijn talloze pogingen gedaan om regeldruk in het onderwijs te verminderen. In deze programma’s wordt regeldruk telkens weergegeven als de kosten van het naleven van regels. Als naar die kosten wordt gekeken, lijkt het alsof regeldruk afneemt. Helaas ervaren schoolbestuurders, schoolleiders en leraren in de praktijk eerder een toename van regeldruk.
In deze studie onderzoekt Marlies Blesgraaf de aanpak van regeldruk, vooral van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap. Ze bespreekt de verschillende instrumenten die daarbij zijn ingezet en andere combinaties die van waarde zouden kunnen zijn. Blesgraaf analyseert de literatuur en onderzoekt welke factoren bijdragen aan regeldruk. Naast factoren die te maken hebben met de wettekst zelf, gaat het ook om factoren die te maken hebben met de context waarin een regel moet worden nageleefd en uitgevoerd en factoren met betrekking tot de persoon die dat moet doen. Het onderzoek biedt zo inzichten in het concept regeldruk die nuttig kunnen zijn bij de aanpak ervan in het onderwijs.
Marlies Blesgraaf (1990) studeerde rechten, sociale aardrijkskunde en ecologie aan het University College Roosevelt in Middelburg. Daarna volgde zij de master Europees Recht in combinatie met de bachelor Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit Utrecht. Vanaf 2017 tot 2022 was zij als promovenda verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. In 2022 startte zij als wetgevingsjurist bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.