Steeds vaker zien we kwesties waarvoor compensatie wordt ingezet als oplossing, waarvan later blijkt dat die niet goed op te lossen zijn met compensatie, waardoor compensatieconflicten ontstaan.
Leverbaar
Steeds vaker zien we kwesties waarvoor compensatie wordt ingezet als oplossing, waarvan later blijkt dat die niet goed op te lossen zijn met compensatie, waardoor compensatieconflicten ontstaan. Ingrediënten voor compensatieconflicten zijn (grofweg) enerzijds de beperkingen van het aansprakelijkheidsrecht in het licht van de behoeften en verwachtingen van gedupeerden, en anderzijds de complexe juridische vragen die moeten worden beantwoord voordat compensatie plaatsvindt en waarover dan (soms lang) discussie bestaat tussen partijen. In de wetenschappelijke literatuur worden oplossingsrichtingen gesuggereerd om deze compensatieconflicten te voorkomen of te beperken. De moeilijkheid is dat een aantal van deze suggesties juridisch lastig verdedigbaar is én we bovendien van vrijwel geen daarvan weten of die inderdaad beter kunnen voorzien in wat gedupeerden behoeven of verwachten van het recht.
Het betoog dat ten grondslag ligt aan de oratie van Rijnhout – uitgesproken op 30 juni 2023 in Utrecht – is erop gericht te onderstrepen dat drie perspectieven steeds in verband met elkaar moeten worden gezien als wordt nagedacht over oplossingsrichtingen: het geldende recht, het perspectief van gedupeerden en het grondbeginsel voor compensatie. Het bijeenbrengen van deze drie perspectieven staat voor wat Rijnhout ‘betekenisvol compenseren’ noemt. De auteur geeft concrete gedachten mee en roept vragen op die richtinggevend zijn voor de invulling van haar leerstoel Instituties, Conflictoplossing en Privaatrecht aan de Universiteit Utrecht.