Jonge meesters
Jonge meesters
De digitale revolutie die zich al enige tijd op diverse fronten voltrekt, lijkt soms zo ver af te staan van wat de wetgever in 1992 voor ogen had, dat de vraag rijst of het privaatrecht wel voldoende is toegerust op deze nieuwe technologieën.
Niet leverbaar
De digitale revolutie die zich al enige tijd op diverse fronten voltrekt, lijkt soms zo ver af te staan van wat de wetgever in 1992 voor ogen had, dat de vraag rijst of het privaatrecht wel voldoende is toegerust op deze nieuwe technologieën.
In dit boek staat de vraag centraal of het privaatrecht voldoende flexibel is om weerstand te bieden aan nieuwe veelomvattende technologische veranderingen. Kraken de privaatrechtelijke normen in hun voegen onder het gewicht van deze ontwikkelingen, of zijn zij voldoende buigzaam, waardoor het veeleer om een nadere toespitsing of een loutere heroriëntering van het bestaande privaatrecht gaat? Deze thematiek wordt belicht door elf alumni van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Zij nemen telkens een bepaalde technologische vernieuwing als uitgangspunt en onderzoeken of het bestaande privaatrecht aanpassing verdient.
De onderwerpen die aan de orde komen zijn: slimme robots in de gezondheidszorg, pre-implantatie genetische diagnostiek, drones, cybersecurity, online platforms, de rekeninginformatiedienst en de Payment Service Directive, smart contracts en onvoorziene omstandigheden, de kwalificatie van een streamingovereenkomst, digitalisering van de rechtspraak, verhaalsbeslag op bedrijfsdata, en auteursrechten met betrekking tot dor robots gemaakte werken. De bijdragen illustreren dat op bepaalde punten inderdaad nieuwe privaatrechtelijke regels nodig zijn. Tot een privaatrechtelijke revolutie behoeft dit echter niet te leiden.