De Oranjecoup op Veteranendag
De Oranjecoup op Veteranendag
'Nederland wordt rijp voor een staatsgreep', schreef Henk Hofland nog niet zo lang geleden. Maar niemand geloofde hem. Een staatsgreep? In Naderland ? Onmogelijk. Toch is het op een dag zover. Lucas van Dale, raadadviseur van de minister-president, wordt door de Chef van het Militaire Huis van de Koningin op de hoogte gebracht van een samenzwering van oudmilitairen en rechtse politici.
'Nederland wordt rijp voor een staatsgreep', schreef Henk Hofland nog niet zo lang geleden. Maar niemand geloofde hem. Een staatsgreep? In Naderland ? Onmogelijk.
Toch is het op een dag zover. Lucas van Dale, raadadviseur van de minister-president, wordt door de Chef van het Militaire Huis van de Koningin op de hoogte gebracht van een samenzwering van oudmilitairen en rechtse politici. In een poging het complot te verijdelen, wenden zij zich tot de kroonprins. Maar op de dag van de staatsgreep, wanneer pantserwagens en gewapende troepen de Haagse binnenstad bezetten en gevechtshelikopters over het Binnenhof scheren, is nog volstrekt onduidelijk wie zij tegenover zich zullen vinden.
Zullen zij de samenzweerders van hun plannen kunnen weerhouden? En wie is eigenlijk het brein achter deze machtsgreep?
In enkele zenuwslopende uren wordt de toekomst van de Nederlandse democratie én die van het Huis van Oranje beslist, terwijl in het centrum van de Residentie verschillende krijgsmachtonder-delen tegenover elkaar staan.
De kroonprins glimlachte en vroeg: 'Generaal, heeft uw operatie eigenlink al een naam?'
Mertz van Kernhem keek van de kroonprins naar Van Dale en besefte dat ze daarin nog niet hadden voorzien. 'Ik denk', schoot de raadadviseur hem te hulp, 'dat het iets moet zijn met de T van tegencoup. Vindt u ook niet, generaal? Wat is ook al weer de T in NAVO-jargon?'
'De T? Die staat voor Tango. Dan wordt het dus Operatie Tango.' 'Operatie Tango?' zei de prins en hij prins en hij glimlachte. 'Die naam zal mijn vrouw zeker bevallen.'
Kees M. Paling (1954) studeerde cultuursociologie te Utrecht en vervulde zijn militaire dienstplicht als reserve-officier/studie-begeleider aan de KMA te Breda. Hij was tien jaar werkzaam op de departementen van CRM/WVC(vrije tijd, cultuur en media) en is sinds 1990 verbonder aan het Sociaal en Cultureel Plan-bureau te Den Haag.
De auteur publiceert regelmatig in dag-, week- en vak-bladen en heeft verschillende boeken op zijn naam staan