Publicaties over spoorbruggen gaan meestal over een enkele brug of een enkele periode. Een publicatie over de ontwikkelingen bij spoorbruggen over een langere periode ontbrak tot nu toe echter. In dit boek wordt de historie van een aantal spoorbruggen in Nederland beschreven vanaf de invoering van de Spoorwegwet in 1860 tot en met de vervanging van de eerste brug bij Culemborg in 1982. Het bevat een beschrijving van de ontwikkeling aan de hand van een aantal zorgvuldig gekozen voorbeelden. Hierbij wordt ook aandacht geschonken aan materiaalgebruik, alsmede aan fundering en onderbouw van deze bruggen. Begonnen wordt met de beschrijving van de overbrugging van de grote rivieren tussen 1866 en 1872, een grote uitdaging waarbij - zeker voor die tijd - flinke staaltjes ingenieurskunst werden vertoond: de bruggen bij Culemborg over de Lek, over de Waal bij Zaltbommel, over de Maas bij Hedel en de Moerdijkbrug over het Hollands Diep. Niet lang hierna zijn ook de bruggen bij Oosterbeek (1879) en Nijmegen (1879) gebouwd. Daarna wordt de vervanging van enkele bestaande bruggen beschreven: de tweede brug bij Westervoort uit 1901 en twee draaibruggen: de tweede Hembrug uit 1903 en de tweede brug bij Velsen uit 1905. De periode van vernieling en herstel in en na de Tweede Wereldoorlog wordt beschreven aan de hand van de bruggen bij Deventer, Westervoort en Zaltbommel. Tenslotte worden de vervanging van de Moerdijkbrug in 1954 en die van de Culemborgse brug in 1982 behandeld.
In een apart hoofdstuk wordt ingegaan op de constructie van onder- en bovenbouw, waarbij berekeningen, gebruikte materialen en fundering van de pijlers aan de orde komen.
Van Jan Tromp, voertuigtechnicus en spoorwegenthousiast, zijn bij Lycka till Förlag al twee boeken over bovenleiding bij de spoorwegen in Nederland verschenen. Daarnaast verzorgt de auteur regelmatig lezingen over de infrastructuur van spoorwegen.